Verkeert je klant in financiële of economische moeilijkheden en heeft hij het moeilijk om zijn sociale bijdragen te betalen? Dan kan een tijdelijke vrijstelling wat druk van de ketel halen. In deze blog lees je voor welke bijdragen een vrijstelling mogelijk is en hoe je die aanvraagt.
De sociale bijdragen betekenen een serieuze kost voor een zelfstandige. Wanneer de inkomsten van je klant door omstandigheden te laag zijn om de kwartaalbijdragen te betalen, kan je voor hem tijdelijk een vrijstelling aanvragen. Wel zal je bewijsstukken moeten aanvoeren die de tijdelijke economische of financiële moeilijkheden bewijzen.
Wie komt in aanmerking?
Een vrijstelling van voorlopige of regularisatiebijdragen is mogelijk voor:
- primostarters,
- zelfstandigen in hoofdberoep,
- meewerkende echtgenoten binnen het maxistatuut en
- gepensioneerden met een zelfstandige activiteit.
De volgende categorieën komen eveneens in aanmerking, maar enkel als hun bijdragen minstens gelijk zijn aan de bijdragen verschuldigd in hoofdberoep:
- student-zelfstandigen,
- gelijkgestelden met bijberoep (artikel 37).
Zelfstandigen in bijberoep komen niet in aanmerking.
Heeft je klant een eenmanszaak en moet hij ook sociale bijdragen betalen voor zijn helper, dan kan hij ook een ontheffing krijgen van zijn solidaire aansprakelijkheid hiervoor. Vennootschappen kunnen echter niet langer een ontheffing vragen voor de bijdragen van hun mandatarissen en werkende vennoten. Krijgt een mandataris of een werkende vennoot zelf een vrijstelling voor bepaalde kwartalen, dan geldt die vrijstelling automatisch ook voor de vennootschap(pen). Maar wordt de aanvraag geweigerd of doet de mandataris of werkende vennoot geen aanvraag? Dan moet ook de vennootschap de bijdragen gewoon blijven betalen.
Belangrijk: vrijgestelde kwartalen komen niet in aanmerking voor pensioenopbouw. Kreeg je klant alleen een vrijstelling van regularisatiebijdragen, dan loopt zijn pensioenopbouw wel door op basis van zijn voorlopige bijdragen.
Wanneer aanvragen?
Sinds 1 januari 2019 gebeurt de behandeling van vrijstellingsaanvragen door het RSVZ (Rijksinstituut voor de sociale verzekeringen der zelfstandigen). Voor een vrijstelling van voorlopige bijdragen moet je deze termijnen respecteren:
- Voor zelfstandigen dien je de aanvraag in binnen de 12 maanden. Bijvoorbeeld: een vrijstelling voor het 1e kwartaal van 2019 gebeurt ten laatste op 31 maart 2020.
- Voor startende zelfstandigen kan de aanvraag pas worden ingediend vanaf het 5e kwartaal van hun aansluiting bij het sociaal verzekeringsfonds. Bijvoorbeeld: sloot je klant aan op 14 maart 2019, dan kan hij zijn aanvraag pas indienen vanaf 1 januari 2020.
Om een vrijstelling van regularisatiebijdragen aan te vragen, heeft je klant 12 maanden de tijd vanaf het moment dat hij het regularisatiebericht heeft ontvangen van zijn sociaal verzekeringsfonds.
Tip: het RSVZ kan beslissen om geen uitspraak te doen over een vrijstelling van sociale bijdragen als er niet eerst een vermindering werd aangevraagd. Dus neem zeker eerst contact op met de klantenadviseur van het sociaal verzekeringsfonds om de mogelijkheden te bespreken.
Hoe indienen?
Vul het aanvraagformulier volledig in en bezorg het ons per aangetekende brief, of leg het neer in een van onze Liantis-kantoren tegen een ontvangstbewijs. Wij versturen je aanvraag vervolgens naar het RSVZ. Ook via de website van de Sociale Zekerheid kan je de aanvraag indienen. Aanvragen per gewone brief of mail zijn niet geldig.
Belangrijk: je klant moet het aanvraagformulier zelf ondertekenen. Het RSVZ beschouwt aanvragen die door de accountant ondertekend werden als ongeldig, zelfs wanneer je klant je gemandateerd heeft.