Via het mobiliteitsbudget kan je als werknemer op een duurzame manier investeren in je mobiliteit. Maar hoe zit het systeem op fiscaal vlak precies in elkaar? In deze blog vatten we de belangrijkste info samen.
Drie pijlers
Het mobiliteitsbudget wordt onderverdeeld in drie pijlers, waaruit de werknemer dan kan kiezen.
In pijler 1 zit een nieuwe bedrijfswagen, die voldoet aan strikte voorwaarden (onder andere wat milieuvriendelijkheid betreft). Vanaf 2026 moeten dat elektrische wagens zijn.
Naar fiscaliteit toe: hier wordt het voordeel alle aard aangerekend.
In pijler 2 zit alles wat duurzame vervoerswijzen betreft (bedrijfsfietsen, tickets voor het openbaar vervoer, carpooling…). Vanaf 2026 moet ook hier alles elektrisch zijn, denk aan deelfietsen en steps bijvoorbeeld.
Naar fiscaliteit toe: vrij van belastingen.
In pijler 3 zit het restantje. Als op het einde van het kalenderjaar het budget niet volledig is opgebruikt, krijgt de werknemer het uitbetaald.
Naar fiscaliteit toe: Er wordt een solidariteitsbijdrage geheven van 38,07%.
Nieuw sinds 2024
Sinds 1 januari 2024 is het mogelijk om een huurwagen binnen de Europese Unie te huren voor maximum dertig dagen per jaar.
