In plaats van een loonsverhoging, kan een bedrijfswagen een interessant voordeel zijn voor jou en je medewerkers. Maar is het nu interessanter om een bedrijfswagen te kopen of te leasen? “Leasen is duur, maar er zijn wel veel kosten inbegrepen waardoor je als werkgever meer ontzorgd bent”, vertelt expert Gerben Vermeulen.
Als werkgever is het voordeliger om je medewerker een bedrijfswagen ter beschikking te stellen dan hem/haar een gelijkwaardige loonsverhoging toe te kennen. Een bedrijfswagen staat namelijk los van vakantiegeld of een dertiende maand. Je kan ervoor kiezen de bedrijfswagens voor je medewerkers te leasen of te kopen.
Hoe maak je de afweging om te kopen of te leasen?
Vaak is het goedkoper om een bedrijfsauto te kopen, maar het nadeel is dat je de auto dan in één keer moet betalen én dat je daarna ook zelf verantwoordelijk bent voor het onderhoud en eventuele onverwachte reparaties. Bij het leasen van een wagen betaal je een vast bedrag per maand en staat de leasemaatschappij in voor het onderhoud en de herstellingen.
Daarbovenop is leasen ook een flexibele formule. Zowel voor de duur van het contract als voor de verschillende diensten die je erin wil opnemen. Denk bijvoorbeeld aan pechverhelping of bandenwissels.
De keuze tussen het kopen of leasen van een bedrijfswagen is een complexe afweging. Het is raadzaam om hier als werkgever zorgvuldig over na te denken en financiële en fiscale experts te betrekken in je keuze, zeker als we denken aan de vergroening van het wagenpark.
Hoe groener, hoe voordeliger
De fiscale regels zijn de afgelopen jaren sterk veranderd. De overheid wil via de belastingen de vergroening van het wagenpark stimuleren en zo de CO2-uitstoot van het autoverkeer inperken. De stelregel is dan ook dat hoe meer uitstoot een auto produceert, hoe lager de fiscale aftrek ligt. Die regel wordt ook stelselmatig strenger, zodat over enkele jaren auto’s met een verbrandingsmotor (inclusief hybrides) gewoonweg niét meer fiscaal aftrekbaar zullen zijn. Dat voorrecht is dan enkel nog weggelegd voor elektrische wagens.
Koop je een wagen met verbrandingsmotor tussen 1 juli 2023 en 31 december 2025, dan zit je in een soort overgangsregeling, want de aftrekbaarheid zal elk jaar een beetje kleiner worden. Vanaf 1 januari 2025 ligt de maximale aftrekbaarheid nog op 75%, een jaar later nog maar op 50% en vanaf 1 januari 2027 zelfs maar op 25%. Vanaf 1 januari 2028 zijn ze niét meer fiscaal aftrekbaar.
Tank of laadkaart met of zonder bedrijfswagen
Een tankkaart of laadkaart wordt vaak gekoppeld aan het voordeel van een bedrijfswagen. Het is belangrijk om vooraf heldere afspraken met je medewerker te maken over het gebruik ervan. Denk maar aan tanken in het buitenland, maximale bedragen per maand of specifieke afspraken voor tijdens vakantieperiodes.
Maar is het mogelijk om je medewerkers van een tank- of laadkaart te voorzien zonder bedrijfswagen? Gerben: “Ja, dat is mogelijk, maar wordt niet zo vaak gedaan. Zonder bedrijfswagen brengt dit complexe administratie met zich mee.”
Toch zijn er situaties waarin het wel voordelig kan zijn. Het is belangrijk om de verplaatsingen van je medewerker in drie categorieën in te delen: beroepsverplaatsingen, woon-werkverkeer en privéverplaatsingen. Elke categorie heeft een eigen benadering op vlak van fiscale en sociale bijdragen.
Verplaatst je medewerker zich vooral voor privédoeleinden, dan kan de tankkaart als loon beschouwd worden. Dit kan financieel aantrekkelijk zijn voor werknemer en werkgever, gezien de fiscale lasten op dit 'extra loon' vaak lager zijn dan de werkelijke brandstofkosten.
Duurzame mobiliteit
Flexibiliteit en duurzaamheid winnen aan belang, zeker als het gaat over mobiliteit. Toch zien we dat het huidige mobiliteitsbeleid in veel bedrijven niet voldoet aan de behoeften van hun medewerkers. Er zijn nochtans voldoende redenen om werk te maken van een flexibel en duurzaam mobiliteitsbeleid.
