Welzijn op het werk

Sedentair gedrag op kantoor: tips om werknemers minder te doen zitten

Geschreven door Annelien Decan | 26 november 2018

Het menselijk lichaam is niet gemaakt om veel te zitten. Toch brengen we de dag voornamelijk zittend door. Spenderen je werknemers en jij de dag voornamelijk op kantoor? Dan is de kans groot dat jullie een sedentaire levensstijl hebben. Sedentair? Dat betekent lang stilzitten. Op kantoor zo’n 6-7 uur neerzitten, heeft meer negatieve gevolgen dan je vermoedt. Wil je de nadelen zoals ergonomische klachten tegengaan voor een productiever kantoor met gezonde werknemers? Pas dan samen deze 4 simpele trucjes toe.

1.    Verander regelmatig van zithouding

Het schadelijke aan langdurig zitten is niet het zitten zelf, maar het langdurig zitten in dezelfde houding. Deze constante belasting zorgt voor een slechte houding, wat dan weer nek-, rug- en heuppijn als gevolg heeft.

Probeer erop te letten als je een halfuur of langer dezelfde houding aanneemt. Lang zitten met gekruiste benen, zorgt bijvoorbeeld voor een asymmetrische belasting van bekken en rug. Probeer dit te doorbreken en plaats je voeten naast elkaar gesteund op de grond, dit is het minst belastend voor je rug en heupgewrichten.  

Tip: Zit je vaak ineengezakt tegen de achterkant van je stoel? Verschuif dan eens naar het midden van je stoel, zodat je lichaam zichzelf moet rechthouden, in plaats de stoel als passieve steun te gebruiken. Geef deze tip ook zeker mee aan je werknemers. Bewustzijn helpt om sedentair gedrag te optimaliseren.

 

2.  Sedentair gedrag doorbreken: regelmatig recht staan

Zit je lang stil? Dan hoeven je spieren niet te werken. Gevolg: je metabole processen verlopen niet zoals het moet. Onder meer je vetafbraak wordt afgeremd, wat kan leiden tot gezondheidsrisico’s. Idealiter loop je ieder halfuur eens weg van je bureau. Want een korte wandeling van 2 minuten doet bijvoorbeeld al wonderen. Zo komen je spieren in contractie, een zegen voor je lichaam. Ook je mentale gezondheid vaart trouwens wel bij die beweegmomentjes.

Gemakkelijker gezegd dan gedaan natuurlijk. Een halfuurtje is zo om. Toch pas je gemakkelijk deze kleine trucjes toe om toch voldoende te bewegen:

  • Gebruik geen waterfles, maar altijd een glas, zodat je steeds moet rechtstaan om je glas bij te vullen.
  • Gaat de telefoon of moet je iemand bellen? Sta recht tijdens het bellen of bel al wandelend. Extra voordeel: zo kom je vaak spontaner over aan de telefoon.
  • Al vaak gehoord waarschijnlijk, maar bespaar een collega een e-mail en loop even langs.
  • Tot slot, maak van die ene meeting een ‘walking meeting’, in plaats van terug te gaan zitten.Heb je een beamer of scherm nodig? Sta dan gewoon even recht of wandel rond in de vergaderzaal. Steve Jobs deed het, en Mark Zuckerberg maakt er nog steeds een goede gewoonte van. Mooie voorbeelden, toch?

 

3. De kracht van een goede ergonomie

Een degelijke bureaustoel is onontbeerlijk  voor een goede houding. Heel wat stoelen zijn niet ergonomisch, wat automatisch voor een slechte zithouding zorgt. Heb je een stoel die achteraan lager is dan vooraan aan je benen? Dan ga je waarschijnlijk sneller je heupen kantelen en verlies je die rechte rug. Dit zorgt voor een verhoogde druk op je onderrug. Voorzie je team en jezelf daarom van een ergonomische bureaustoel. Zo ben je zeker dat ze de tijd die ze zitten, toch goed zitten.

 

4.  Moedig wandelingen aan

Te lang voor je scherm zitten is slecht voor je lichaam én voor je ogen. Maak bijvoorbeeld van je lunchpauze gebruik om als team te wandelen en een frisse neus te halen. Moedig zo veel mogelijk collega’s aan om mee een stapje te zetten. Hoe meer, hoe beter! Bewegen tijdens je pauze is goed voor je lichaam, geest en helpt je die energie dip na  de middag te voorkomen. Goed dus voor de gezondheid én je productiviteit op het werk. Win win!

 

Waarom moet je meer bewegen?

Bewegen is goed voor je gewicht, bloeddruk, cholesterol, spieren en botten, bloedsuikerspiegel en zorgt voor minder (rug)pijn, minder vermoeide ogen en minder gewrichtsklachten. Voor meer informatie kan je terecht op de website van het Vlaams instituut Gezond leven.