Atelier Lammens en De Prins is het resultaat van een samenwerking tussen Jef Lammens en John De Prins. De eerste is schrijnwerker en meubelontwerper met een liefde voor hout, zijn mede-ondernemer is meester trappenmaker met een uitgebreide kennis van materialen, maar heeft ook ervaring in het onderwijs. We praten met Jef over de nieuwe rol als werkgever, want sinds kort mag ook Lukas, hun eerste vaste werknemer, zich tot het team rekenen. “Eigenlijk was die koudwatervrees rond die eerste aanwerving niet nodig.”
Jef startte in 2002 zijn eenmanszaak, toen er nog geen sprake was van ‘De Prins’. De twee zouden echter jarenlang hetzelfde atelier delen, wat de voedingsbodem was voor hun nieuwe vennootschap. “Onze samenwerking heeft een heel lang rijpingsproces gehad. Maar we wilden allebei wel vooruit met onze eenmanszaken. Als je dan letterlijk naast elkaar werkt – en soms sukkelt – begin je je wel af te vragen wat je zou verwezenlijken als je beide klantenportefeuilles en expertises zou samenvoegen en samen projecten aanneemt”, vertelt Jef. Twee jaar lang evalueerden ze of hun visie, waarden, passie en manier van werken wel compatibel waren. Uiteindelijk bleek het een schot in de roos. “Onze kwaliteiten vullen elkaar perfect aan, waardoor ons verhaal klopt.”
Het atelier heeft jarenlang enorm geïnvesteerd in materiaal en machines om hun productieproces rendabel te maken. “Als je creatieve projecten wil realiseren, maar niet continu mee aan de werkbank kan staan, dan moet je productieproces op punt staan” Eigenlijk kan je stellen dat we de komst van onze eerste medewerker zeven jaar geleden hebben voorbereid. Als we dat niet hadden gedaan, dan konden we Lukas ook niet aanwerven”, aldus Jef.
Lukas werkte eerst als jobstudent bij Jef en John, maar al snel was hij meer verknocht aan het atelier dan aan zijn studies. Zodra hij afgestudeerd was, koos hij resoluut voor hen. “Hij zocht een job met uitdaging, zag dat elke dag bij ons anders was en dat trok hem aan. We hebben hem als jobstudent ook veel vertrouwen gegeven en laten werken met dure machines omdat hij de zaken tot een goed einde wil brengen.” De bevlogenheid die Jef en John typeert, vinden ze ook terug in Lukas. “We hebben hem nooit gepusht om bij ons vast in dienst te komen werken, maar we zijn erg blij dat hij deel uitmaakt van het team. Wij zijn een heel hechte familie.”
Jef had, zoals de meeste ondernemers, veel vragen rond de aanwerving van een eerste medewerker. “Liantis heeft ons gelukkig niet overladen met alle mogelijke info, maar wel al onze vragen beantwoord. Ook nu, als ik het even niet meer weet, heb ik mijn contactpersoon bij Liantis die me altijd verder helpt.” Jefs accountant werkte eigenlijk samen met een andere organisatie, maar is op zijn vraag overgestapt: “Intussen raadt zij haar andere klanten aan om over te stappen naar Liantis omdat de digitale tools de bijkomende administratie een pak makkelijker maakt.”
Als Jef even terugkijkt op hun traject, dan zou hij veel sneller de stap naar een eerste werknemer gezet hebben omdat het voor een groeispurt zorgt. “Een aanwerving verplicht je als zaakvoerder om de werking van je bedrijf tegen het licht te houden na te denken over de efficiëntie en rendabiliteit. Ondanks de hiërarchie tussen werkgever en werknemer waren we verrast over de 'input' die ieder bijbrengt, los van ervaring of plaats binnen het bedrijf.” Zo zijn er wel degelijk koerswijzigingen aangebracht die werden aangegeven door Lukas. “Hij kijkt met een frisse blik en een achtergrond in marketing anders naar het bedrijf. Dat vergt natuurlijk vertrouwen en luisterbereidheid.” Hoewel de nieuwe verantwoordelijkheid als werkgever dus niet altijd makkelijk is, blijft Lukas’ meerwaarde ontzettend groot. Ook om het evenwicht tussen werk en privé te bewaren: “Het feit dat ik voltijds op ‘de bureau’ kan werken, terwijl ik weet dat alles in het atelier vlot verloopt, maakt dat ik mijn privéleven beter kan organiseren.”
‘Wat als het fout gelopen was?’, vragen de mensen soms. “De huiververhalen over ontslagvergoedingen zijn echt overdreven. Je weet al snel of het een goeie match is. En is dat niet zo, dan kan je de samenwerking gewoon stopzetten. Kortom: de koudwatervrees die ik ooit had om een eerste medewerker aan te werven, die was voor niks nodig.”